Deze getuigenissen en beelden werden verzameld in het kader van het mondeling geschiedenisproject rond generatiebedrijven.
Foto 1: derde generatie, Christine Decaesstecker en Eddy Verlinde achter de toonbank van de actuele kledingzaak
Foto 2: krantenartikel uit 1998: “Vijfenzeventigjarige Miatex: Van kruidenierszaak tot bloeiende kledingzaak”
De zoon van Michel Verlinde, Eddy verlinde was van opleiding onderwijzer en werkte in de Stedelijke basisschool te Moorslede. Hij huwde met Christine Decaessctecker die ook in het onderwijs tewerk was gesteld. Toen de tweede generatie te kennen gaf in het jaar 1987 dat ze op pensioen wilden gaan stonden Eddy en Christine voor een moeilijke keuze. Ze hadden al enige ervaring opgebouwd in de winkel door op woensdagnamiddag en zaterdag mee te helpen in de winkel en dat deden ze ook wel heel graag. En anderzijds gaf hun dochter Friedl al vaak te kennen dat ze later “mémé’s winkel” wilde uitbaten. Dus als ze de wens van hun dochter in vervulling wilden laten gaan, dan mochten ze de winkel niet verloren laten gaan. Vandaar dat Christine en Eddy in 1987 besloten tot een carrièreswitch. Ze hebben hun loopbaan in het onderwijs (eerst deeltijds, later voltijds) stopgezet en zijn zich gaan concentreren op de uitbouw van de winkel. De eerste twee jaren werkten hun ouders nog mee in de zaak, Agnes in de winkel en Michel voor de retouches, zodat Eddy en Christine de tijd kregen om zich in te werken. Eddy heeft dan aan zijn vader de knepen van het vak geleerd om de retouches aan de herenbroeken te doen. Dat was een grote overstap van het onderwijs naar een kledingwinkel. Na een jaar of twee (1989) zijn Michel en Agnes dan volledig gestopt en hebben Eddy en Christine de zaak volledig overgenomen en het onderwijs definitief vaarwel gezegd. Eddy en Christine hebben dan aan huisruil gedaan met hun ouders, om dichter bij hun werk te zijn en de kinderen beter te kunnen volgen, en hun ouders hebben dan hun 7 jaar jonge woning betrokken.
Eddy en Christine hebben dus alleen maar gewerkt met confectie in de winkel, wel bleven ze natuurlijk ook altijd retouches doen. Maar de aankoop van de stock is nu heel wat ingewikkelder dan in de vorige generatie. Vroeger ging men dus gewoon wekelijks naar de fabrieken en bracht men mee wat niet meer voorradig was. Zag men dat een product aansloeg dan was het heel eenvoudig want men kon de volgende week alweer de stock aanvullen. In de derde en de vierde generatie is dat wel helemaal anders geëvolueerd. Nu moet de collectie zes maanden voor het verschijnen in de winkel al worden aangekocht. Dus in de herfst is de collectie van de volgende zomer al aangekocht. Het risico is nu veel groter dan vroeger. Men kon toen tijdens het seizoen nog aanvullen. Nu is alles besteld terwijl er een aantal parameters zijn die men niet kan voorspellen: welke maten gaan best verkopen? Je bent afhankelijk van de weersomstandigheden, … De fabrikanten zelf hebben bijna niets meer van stock, ze produceren alleen wat de winkeliers zoveel maanden voordien hebben aangekocht. Zo zal de producent die bij de voorverkoop niet genoeg van een bepaalde soort artikelen verkocht, deze stukken ook niet gaan produceren.
De meeste van de collecties die Miatex aankoopt zitten in een locatie in Strombeek waar men allerlei showrooms heeft van de verschillende merken. En daar is heel de collectie terug te vinden in verschillende kleuren. Daaruit moet Miatex dan gaan kiezen en selecteren. Ze doen dat heel consciëntieus en professioneel: eerst passen ze elk kledingstuk (ze willen het model zien, de stof voelen,…), dan volgt de bestelling naar kleur, maten, … Ze nemen van elk besteld product een foto en die worden ’s avonds afgeprint in een fotoboek. Dat fotoboek gaat dan de volgende dag mee voor de keuze bij een andere collectie, zodat men met geen doublures verveeld zit. Het fotoboek wordt ook gebruikt ter controle bij de levering.
Een zeer belangrijk promotiemiddel in de tweede en derde generatie was de organisatie van modeshows. In de tweede generatie gebeurde dat in de Patria. De derde generatie is voor die modeshow uitgeweken naar de Sporthal van Moorslede. Er waren altijd 13 mannequins en 17 passages, zo werden er rond de 700 stukken geshowd. Dat was een bijzonder groot werk: je moest kleurthema’s uitwerken, aan ieder kledingstuk een kaartje hangen, de kleren aanpassen aan de mannequins… En ondertussen moest de winkel natuurlijk ook nog blijven verder draaien. Dat was een enorm werk en de organisatie ervan begon ook financieel zeer zwaar te wegen en daarom zijn ze in 2009 gestopt met die modeshow.
Eddy en Christine hebben per 1 januari 2016 hun zaak overgelaten aan hun dochter Friedl, maar blijven wel nog meewerken als meewerkende vennoten. Hun huis dat ze vroeger hadden gebouwd en verlaten hadden om in de winkel te komen wonen zijn ze ondertussen aan het renoveren en ze hopen daar eind 2016 terug te kunnen intrekken.