In het begin van de oorlog vluchtte de twaalfjarige Sylvère uit Dadizele.
Ook wij werden bang en besloten te vluchten naar Ledegem. Vader wou ons niet vergezellen, dus vertrokken moeder, mijn broer Gerard, mijn zussen Irma en Julia en ikzelf met een kruiwagen en een koffer erop naar mijn moeders zuster, die in Ledegem op de Plaats woonde. Julia, 16 jaar en oudste moest de kruiwagen voortduwen, langs kleine wegeltjes en velden. Aan de tramhalte in Ledegem gekomen, werden we door Duitsers tegengehouden. Ze begonnen te praten, maar wij begrepen ze niet en moeder die zo angstig was, zag niet dat het Duiters waren en ging maar door van “…Engelsen good..”. Julia, die het wel had gemerkt, trok aan moeders voorschoot om haar te doen zwijgen. Uiteindelijk begreep ze haar en zweeg.
(Uit: Een kleine jongen in de Groote Oorlog, Daisy Decoene)