Toen de oorlog twee jaar bezig was, vonden mijn ouders het te onveilig in Dadizele. Met ons zevenen, twee ouders en vijf kinderen, vluchtten we naar Ardooie. Daar woonde een broer van onze vader. Na twee weken trokken we verder naar Ingelmunster, waar we drie weken bij een andere oom bleven. Toen het ook daar wat krap werd, zijn we verder getrokken naar Balen. Daar mochten we een leegstaand huis gebruiken. Het was er wel gezellig, maar toch erg klein. Anderhalf jaar hebben we daar gewoond. Daarna zijn we naar Bouwel gegaan: vader had gehoord dat er daar een huis stond dat we mocht gebruiken. Zes maanden later konden we eindelijk terug naar ons eigen huis in Dadizele.