Minstens 4 kinderen uit het kroostrijke gezin van de Brusselse loodgieter Antoine De Kock vonden de weg naar het circusleven.  De oudste, Hubert (°1863), legde zich als lid van een turnclub toe op acrobatie.  Hij sloot zich aan bij een groep grondacrobaten en trok met hen mee naar Amerika.  Later haalde hij ook bijval als August.

Rond 1893 was er sprake van een eigen troep antipode-acrobaten De Kock, bestaande uit Hubert, Joseph en nog een familielid.  Ook met zijn Engelse echtgenote Alice Davies (°1870) en broer Joseph vormde Hubert een trio.  Toen hij in 1896 nog eens naar Amerika trok, reisden zijn vrouw, broer Joseph en zoontje Georges (°1888) met hem mee.

Eens terug, startte Hubert met een circus dat de eerste jaren vooral in Frankrijk toerde.  Vanaf de eeuwwisseling bezocht circus De Kock de foren Duinkerke, Lyon, Orléans, Perpignan, Brussel, Antwerpen, Luik, Verviers, Oostende en Gent en uitzonderlijk ook Konstanz en Genève.

Aan het einde van seizoen 1907, toen De Kocks circus het grootste van het land was, stopte Hubert ermee.  Enige tijd later aanvaardde hij een aanlokkelijke aanbieding in Amerika.  Hij zou nooit meer naar ons land terugkeren en overleed kort na zijn echtgenote te Los Angeles in 1936.

postkaartje met foto van Hubert De Kock