Brief van donderdag 17 augustus 1944. Moeder heeft nu weinig tijd om te schrijven. Ze helpt immers mee met het werk aan de tabak. Moeder heeft het over schaarste aan o.a. dierenvoeding en vreest dat ze hun schaap zullen moeten verkopen. Zoals meestal, beschrijft moeder welke brieven ze ontving. Eén van de brieven was geopend. Moeder prijst zich gelukkig dat ze ‘een zwijntje in de kuip’ heeft, want meer en meer voedingsmiddelen zijn moeilijk te krijgen. Moeder besluit met goede raad aan Gaston: niet teveel reizen met de trein, en volgens moeder is de stad bijzonder gevaarlijk: ‘er is er eene van Meenen die ook zoo verongelukt is met naar de stad te gaan’. Volgens moeder is het einde van de oorlog niet meer veraf.