Brief van woensdag 10 mei 1944. Moeder beschrijft weer wat er in de volgende pak zit die ze zojuist verstuurd heeft. Moeder had pech bij het bewaren van paté: ze kreeg slechte rubbers, zodat de bokalen niet sloten en de paté dus niet lang zal kunnen bewaard worden. Gaston zal er dus niet kunnen van genieten. Verder is er zoals gewoonlijk een opsomming van pakjes die al verstuurd werden en moeder vraagt om de ontvangst ervan te bevestigen. Nu er veel bombardementen zijn op spoorwegen en stations, wordt het gevaarlijk om nog veel te versturen. Moeder klaagt over het slechte weer: door nachtvorst zijn de vroege aardappelen bevroren en moeder vreest dat ook de fruitbomen zullen geleden hebben. Ze vertelt ook dat er 22 paarden werden gepakt, ze werden naar Rijsel gebracht.

Brief van 18 mei 1944, O.L.Heer Hemelvaart. Moeder vertelt dat er in Passendale 250 mannen gedwongen bomen moeten kappen. Ze zullen die bomen opnieuw planten. Vader en Frans zijn gelukkig nog niet opgepakt, maar maandag zullen ze 100 man extra vorderen. Vandaag is het kermis aan de Kruisstraat, maar volgens moeder is er geen mens. Moeder vreest dat er weldra hongersnood zal zijn en schrijft nogmaals dat kolen moeilijk te krijgen zijn. Moeder besluit haar brief met de vurige wens dat Gaston weldra weer thuis zal zijn