Met de briefkaart van 6 mei 1944 vertelt Gaston dat er nu al 4 dagen zonder alarm geweest zijn. Zijn vriend Georges moest verhuizen en zit nu in een kamp op 80 km van Braunschweig. De fabriek moet verhuisd worden, hij denkt dat alleen de afdeling waar hij zelf werkt, zal mogen blijven. De intussen wel bekende stempel met een tekst die bevestigt dat ze zullen proberen om de lasten van ‘de Führer’ te verlichten staat weer op de briefkaart.
In de briefkaart van 9 mei 1944 schrijft dat er bommen werden gegooid op het vliegplein, maar door het bewolkte weer werd het doel gemist. Morgen moet de barak waarin Gaston verblijft, ontsmet worden. Hij denkt dat hij dan niet zal moeten werken.