Deze getuigenissen werden verzameld in het kader van het mondeling geschiedenisproject rond WOII. Dit resulteerde in het boek ‘Wij maakten een oorlog mee’ door uitgeverij Bibliodroom.
Alfons woonde in het begin van de oorlog bij zijn moeder samen met zijn twee (half)zussen. Ze woonden in de Consciencestraat en daar werd hij opgepakt (zijn vader was toen al gestorven). Ze werden gebombardeerd in 1940 in het huis van grootmoeder (bom juist voor voordeur) en ze konden in een ander huis in een schuilkelder geraken. Alfons had een neef die stierf in een concentratiekamp (Grosen Rozen). Hij ging in 1943 naar Duitsland gaan werken (opgeëist ). Alfons kan nog levendig vertellen over de ruilhandel (tabak was toen belangrijk)en heeft enkele mooie anekdotes in petto (bv. over een Russische meisje dat plat lag toen er een bom viel en zo bleef leven).